Gemeente van Christus Houthalen Oost
Asa werd koning over Juda. Hij deed wat goed en recht was in de ogen
van de Here. Toen de Kusiet Zerach tegen hem ten strijde trok,
vertrouwde hij op God. Asa trad kordaat op tegen de afgoderij. Maar
Asa maakte een verbond met koning Benhadad van Aram om tegen Basa
van Israel te strijden. Daarom kend hij van die tijd af oorlogen. Op
het einde van zijn leven werd hij ziek en zocht geen hulp bij de
Here.
Nadab wordt koning over Israel (1
Koningen 15:25-32)
In het tweede jaar van Asa (de koning van Juda) werd Nadab,
Jerobeams zoon koning van Israel. Hij regeerde twee jaar. Hij deed
wat kwaad is in de ogen van de Here. Hij wandelde in de weg van zijn
vader en in de zonde die deze Israel had doen bedrijven. Basa, de
zoon van Achia van het huis Issakar, smeedde een samenzwering tegen
hem. Basa sloeg hem dood te Gibbeton dat aan de Filistijnen
behoorde, terwijl Nadab en Israel Gibbeton belegerden. Basa heeft
hem gedood in het derde jaar van Asa en werd koning in zijn plaats.
“Zodra hij koning geworden was, sloeg
hij het gehele huis van Jerobeam dood; hij liet van Jerobeam niets
over wat adem had, totdat hij het uitgeroeid had, naar het woord des
Heren, dat Hij door de dienst van zijn knecht, de Siloniet Achia,
gesproken had, wegens de zonden die Jerobeam had bedreven en die hij
Israel had doen bedrijven, om de krenking die hij de Here, de God
van Israel, had aangedaan.” 1 Koningen 15:29-30. Er was
oorlog tussen Asa en Basa zolang zij regeerden.
Met de dood van Nadab werd de
profetie over Jerobeam vervuld (1 Koningen 14:7-11). Het is Basa
waarvan we in les 4 zagen dat hij tegen koning Asa van Juda optrok
en Rama versterkte om alle verkeer naar Juda te verhinderen (2
Kronieken 16:1-10). Er waren maar twee generaties van Jerobeams
familie die op de troon van Israel regeerden, waarna ze werden
uitgeroeid vanwege hun zonden. Er zijn ongeveer 21 verwijzingen
dooruit de geschiedenis van de koningen naar de zonden van Jerobeam
de zoon van Nebat. Zijn zonden waren zo groot en erg dat zij dienden
als een maatstaaf, een referentiepunt. Als het begin van de
afdwaling van Israel.
Basa wordt koning over Israel (1
Koningen 15:33-16:7)
In het derde jaar van Asa, werd Basa, de zoon van Achia, voor
vierentwintig jaar koning over heel Israel te Tirsa. En Basa deed
wat kwaad is in de ogen van de Here. Hij wandelde in de weg van
Jerobeam en in de zonde die deze Israel had doen bedrijven. Toen
kwam het woord van de Here tot Jehu, de zoon van Chanani tegen Basa:
“Omdat Ik u verhoogd heb uit het stof,
en u tot een vorst gesteld over mijn volk Israel, maar gij gewandeld
hebt in de weg van Jerobeam, en mijn volk Israel hebt doen zondigen,
om Mij met hun zonden te krenken, zie, daarom ga Ik Basa en zijn
huis wegvegen en uw huis gelijk maken aan het huis van Jerobeam, de
zoon van Nebat. Wie van Basa in de stad sterft, die zullen de honden
verslinden; en wie van hem op het veld sterft, die zal het gevogelte
des hemels verslinden” 1 Koningen 16:2-4.
Basa ging te ruste en werd begraven in Tirsa. Zijn zoon Ela werd
koning in zijn plaats. Ook is door de dienst van de profeet Jehu het
woord van de Here tot Basa en zijn huis gekomen, omwille van al het
kwaad dat hij in de ogen van Here heeft gedaan, door Hem te krenken
met het werk zijner handen. Hij werd gelijk aan het huis van
Jerobeam, ook omdat hij hem heeft verslagen.
Hoewel Basa het gezin van
Jerobeam uitroeide, faalde hij in het uitroeien van de zonden die
zij bedreven. Dit laat ons ook zien dat hij Nadab en de andere
nakomelingen van Jerobeam uitroeide omwille van zelfzuchtige redenen
i.p.v. Israel te willen zuiveren van zonde (vgl 1 Korintiërs 9:27).
Lust naar macht en aanzien heeft al veel mensen verblind en misleid.
Het is tijdens Basa’s regering dat veel inwoners van Israel naar
Juda vluchtten omdat ze zagen dat de Here met Asa was (2 Kronieken
15:9). Eerder was dit al gebeurd tijdens Jerobeams regering (2
Kronieken 11:13-17). Hoe meer godsvruchtige inwoners er weggingen
uit Israel, hoe zwakker het land werd. Maar wat zou jij doen?
Blijven om te strijden tegen de goddeloosheid of jezelf en je gezin
beschermen tegen de goddeloosheid?
God stuurde de profeet Jehu tot Basa om hem te laten weten dat ook
zijn huis zou worden weggeveegd. Jehu was de zoon van Chanani.
Chanani is de profeet die aan Asa profeteerde dat hij op zijn eigen
inzichten had vertrouwd door een verbond met Benhadad te sluiten (2
Kronieken 16:7-10).
Ela wordt koning over Israel (1 Koningen
16:8-14)
In het zesentwintigste jaar van Asa werd Ela, de zoon van Basa, voor
twee jaar koning over Israel. Zijn dienaar Zimri, de bevelhebber
over de helft van de krijgswagens, smeedde een samenzwering tegen
hem. Terwijl Ela zich bedronk te Tirsa in het huis van de
hofmaarschalk Arsa, doodde Zimri hem en werd koning in zijn plaats.
“Toen hij koning geworden was, sloeg
hij, zodra hij op de troon zat, het gehele huis van Basa dood zonder
er iemand van het mannelijk geslacht van over te laten; benevens
zijn naaste verwanten en zijn vrienden. Zo heeft Zimri het gehele
huis van Basa uitgeroeid, naar het woord des Heren, dat Hij over
Basa gesproken had door de dienst van de profeet Jehu, wegens al de
zonden die Basa en zijn zoon Ela bedreven hadden, en die zij Israel
hadden doen bedrijven, zodat zij de Here, de God Israels, krenkten
met hun ijdelheden” 1 Koningen 16:11-13.
Ook Ela deed net als zijn
vader Basa wat kwaad is in de ogen van de Here. Zij krenkten de Here
met hun ijdelheden.
Zimri wordt koning over Israel (1
Koningen 16:15-20)
In het zevenentwintigste jaar van Asa werd Zimri voor zeven dagen
koning van Israel, terwijl het volk gelegen was tegen Gibbeton dat
aan de Filistijnen behoorde. “Toen het
volk dat daar gelegerd was, hoorde zeggen: Zimri heeft een
samenzwering gesmeed en ook de koning doodgeslagen, maakte geheel
Israel Omri, de legeroverste van Israel, te dien dage in de
legerplaats koning” 1 Koningen 16:16. Omri en Israel trokken
weg van Gibbeton en belegerden Tirsa. Toen Zimri zag dat Tirsa was
ingenomen, stak hij het koninklijk paleis met hemzelf erin in brand.
Dit gebeurde om de zonden die hij had gedaan door te doen was kwaad
is in de ogen van de Here. Door te wandelen in de weg van Jerobeam.
Omri wordt koning over Israel (1
Koningen 16:21-28)
Toen splitste het volk zich in twee delen. De ene helft volgde Tibni
de zoon van Ginat om hem koning te maken. De andere helft volgde
Omri. Doch het volk dat Omri volgde, was sterker dan het volk dat
Tibni volgde. Toen Tibni gestorven was, werd Omri koning. In het
eenendertigste jaar van Asa werd Omri twaalf jaar koning over
Israel. Hij regeerde zes jaar te Tirsa. Toen kocht hij van Semer
voor twee talenten zilver de berg Samaria. Hij bebouwde de berg en
noemde de stad die hij er bouwde Samaria, naar de eigenaar Semer. “En
Omri deed wat kwaad is in de ogen des Heren, ja hij maakte het erger
dan allen die voor hem geweest waren. Hij wandelde in al de wegen
van Jerobeam, de zoon van Nebat, en in de zonde die deze Israel had
doen bedrijven, zodat zij de Here, de God van Israel, krenkten met
hun ijdelheden” 1 Koningen 16:25-26. Omri heeft dappere daden
verricht. Omri stierf en werd begraven in Samaria. Zijn zoon Achab
werd koning in zijn plaats.
Nadat Zimri zelfmoord had
gepleegd was er veel onrust in het land. Sommigen wilden dat Tibni
koning werd, terwijl anderen aanhangers van Omri waren. Omri bleek
de sterkere te zijn. Deze strijd speelde zich af na de dood van
Zimri in het zevenentwintigste jaar van Asa tot het éénendertigste
jaar van Asa, toen Omri de onbetwistbare koning over Israel werd.
Maar Omri was nog erger dan al zijn voorgangers. Ook hij ging verder
met het aanbidden van de gouden kalveren die Jereobeam in Betel en
Dan had geplaatst.
Het is niet omdat iemand goede
en dappere dingen doet in zijn leven, dat daardoor het slechte goed
wordt gemaakt. Omri was zeer invloedrijk. Seculiere geschiedenis
leert ons dat de Assyriërs naar Israel verwijzen als het huis van
Omri. Hij moet dus een grote indruk hebben gemaakt op de omliggende
volkeren. Omri’s macht en welvaart is deels veroorzaakt doordat de
Assyriërs op dat moment machtiger werden en strijd voerden met Aram
van Damascus. Aram was de koning met wie Asa een verbond had gemaakt
zodat deze Israel aanviel ten tijde van Basa (2 Kronieken 16:1-6).
Nu Damascus zich moest verdedigen tegen de Assyriërs, werd Israel
met rust gelaten door de Arameërs. Dit bracht voorspoed voor Omri en
Israel. Maar het is niet omdat een natie welvarend is, dat God
daarom alles goedkeurt wat ze doen.
Conclusie
Terwijl koning Asa over Juda regeert, passeren verschillende
koningen de revue in het noordelijke Israel. Slechte koningen
regeren over het algemeen minder lang dan de goede koningen.