Gemeente van Christus

Lessen van de splitsing van Israel (28) / 2 Koningen 15:8-31

Jerobeam II wordt koning van Israel. Hij deed wat kwaad is in de ogen van de Here. Hoewel deze periode voorspoed kende, was God niet gelukkig met het handelen van het noordelijke rijk. Uzzia wordt koning over Juda op zestienjarige leeftijd. Hij deed wat recht is in de ogen van de Here zolang Zekarja leefde en God zegende hem. Maar toen hij machtig was geworden, werd hij hoogmoedig. Hij wilde de tempel binnengaan om een reukwerk te ontsteken. Toen de priesters hem er op wezen dat het hem niet toekwam om dat te doen, werd hij toornig. God strafte hem met melaatsheid en hij werd de rest van zijn leven uitgesloten van de dienst van de Here. Zijn zoon Jotam bestuurde in die tijd het rijk en werd koning na zijn dood.

Zekarja wordt koning van Israel (2 Koningen 15:8-12)

“In het achtendertigste jaar van Azarja, de koning van Juda, werd Zekarja, de zoon van Jerobeam, koning over Israel te Samaria; hij regeerde zes maanden. Hij deed wat kwaad is in de ogen des Heren, zoals zijn vaderen gedaan hadden; hij week niet af van de zonden die Jerobeam, de zoon van Nebat, Israel had doen bedrijven” 2 Koningen 15:8-9. Sallum, de zoon van Jabes, smeedde een samenzwering tegen hem en sloeg hem ten aanschouwen van het volk dood. En hij werd koning in zijn plaats. Het overige van de geschiedenis van Zekarja, zie, het is beschreven in het boek van de kronieken der koningen van Israel. Aldus was immers het woord dat de Here gesproken had tot Jehu: Uw zonen zullen tot in het vierde geslacht op de troon van Israel zitten. En zo is het ook geschied.

In het achtendertigste jaar van Azarja (= Uzzia) de koning van Juda, werd Zekarja, de zoon van Jerobeam II koning van Israel. Hij regeerde echter maar 6 maanden. Ook hij deed wat kwaad is in de ogen van de Here. Hij ging verder met de zonden van Jereobeam. Hij is de laatste in de langste dynastie die Israel heeft gekend beginnende bij Jehu. Jehu, Joachaz, Joas, Jerobeam II en als laatste Zekarja. Dit was een vervulling van de profetie dat Jehu’s zonen tot in het vierde geslacht op de troon zouden zitten. Sallum, zoon van Jabes smeedde een samenzwering tegen Zekarja, doodde hem in het bijzijn van het volk en werd koning van Israel. Deze gebeurtenissen waren voorspeld door Amos tijdens het koningschap van Jerobeam II (Amos 7:7-17).

Sallum wordt koning van Israel (2 Koningen 15:13-16)

“Sallum, de zoon van Jabes, werd koning in het negenendertigste jaar van Uzzia, de koning van Juda; hij regeerde een volle maand te Samaria” 2 Koningen 15:13. Toen trok Menachem, de zoon van Gadi, uit Tirsa op, kwam naar Samaria en sloeg Sallum, de zoon van Jabes, te Samaria dood. En hij werd koning in zijn plaats. Het overige van de geschiedenis van Sallum en de samenzwering die hij gesmeed heeft, zie, zij zijn beschreven in het boek van de kronieken der koningen van Israel. Toen sloeg Menachem Tifsach met allen die daarin waren, en het daarbij behorend gebied, van Tirsa af, omdat het de poort niet had geopend. Hij sloeg het, al de zwangere vrouwen daarin liet hij openrijten.

Sallum, zoon van Jabes werd koning in het negenendertigste jaar van Uzzia. Hij regeerde maar een volle maand te Samaria. Toen trok ene Menachem uit Tirsa op, sloeg Sallum dood en werd koning in zijn plaats. Josephus de geschiedschrijver vertelt ons dat Menachem een legeroverste was van Zekarja. Toen hij hoorde dat zijn koning was gedood, trok hij van Tirsa naar Samaria. Omdat de inwoners van Tifsach hun poorten niet voor hem wilden openen, nam hij de plaats met geweld in. Hij ging zeer wreed te werk en liet zelfs alle zwangere vrouwen openrijten. Na het doden van Zekarja, maakte Menachem zichzelf koning van Israel.

Menachem wilde de inwoners verlammen door angst. Maar hij hield geen rekening met het feit dat God zulke wreedheden veroordeelde, dit waren praktijken die de goddeloze volken gebruikten (Amos 1:13-15).

Menachem wordt koning van Israel (2 Koningen 15:17-22)

“In het negenendertigste jaar van Azarja, de koning van Juda, werd Menachem, de zoon van Gadi, koning over Israel; hij regeerde tien jaar te Samaria. Hij deed wat kwaad is in de ogen des Heren; hij week al zijn dagen niet af van de zonden die Jerobeam, de zoon van Nebat, Israel had doen bedrijven” 2 Koningen 15:17-18, Pul, de koning van Assur, trok tegen het land op; Menachem gaf Pul duizend talenten zilver, opdat deze hem zou bijstaan om het koningschap in zijn hand te bevestigen. En Menachem hief dit geld van Israel, van alle vermogende lieden, om het de koning van Assur te geven: vijftig sikkels zilver per hoofd. Toen keerde de koning van Assur terug en bleef daar niet in het land. Het overige van de geschiedenis van Menachem en al wat hij gedaan heeft, is dat niet beschreven in het boek van de kronieken der koningen van Israel? Menachem ging bij zijn vaderen te ruste, en zijn zoon Pekachja werd koning in zijn plaats.

In het negenendertigste jaar van Azarja (= Uzzia), koning van Juda, werd Menachem koning van Israel voor tien jaar. Hij deed wat kwaad is in de ogen van de Here door niet af te wijken van de zonden van Jerobeam. Hierdoor liet God het toe dat Pul, de koning van Assur tegen Israel optrok. Pul is een afkorting van Tillegatpilneser (vgl 1 Kronieken 5:25-26). De Assyriers zijn op dit moment het overheersende koninkrijk van de regio aan het worden en de volgende koningen van Israel zullen een liefde/haat relatie met hem hebben. Sommigen onderwerpen zich aan hem en anderen zullen zich tegen hem verzetten. Menachem gebruikt Assyrie om zijn eigen koningschap te versterken. Hij betaalt een enorm grote som aan Pul om zijn hulp af te kopen. Om dit geld te kunnen betalen belastte hij alle rijken van Israel. Pul keerde daarop terug naar Assyrie. Menachem zocht duidelijk niet zijn hulp bij de Here, maar vertrouwde op zijn eigen inzichten en rijkdommen door zich tot de goddeloze Pul te keren voor hulp (vgl Hosea 5:13; 7:1-3; 8:9). Dacht Menachem nu echt dat de goddeloze Pul het hierbij zou laten? Zou Pul niet terecht denken dat er meer te halen valt in Israel. Na zijn dood wordt zijn zoon Pekachja koning in zijn plaats.

Koning Benhadad van Syrie (hoofdstad Damascus) is niet dezelfde als koning Pul van Assyrië (hoofdstad Nineve). Assyrië zal niet veel later het koninkrijk van Syrië opslorpen. Op dit moment is Syrië nog een buffer tussen Israel en Assyrië.

Pekachja wordt koning van Israel (2 Koningen 15:23-26)

“In het vijftigste jaar van Azarja, de koning van Juda, werd Pekachja, de zoon van Menachem, koning over Israel te Samaria, en regeerde twee jaar. Hij deed wat kwaad is in de ogen des Heren, hij week niet af van de zonden die Jerobeam, de zoon van Nebat, Israel had doen bedrijven” 2 Koningen 15:23-24. Zijn hoofdman Pekach, de zoon van Remaljahu, smeedde een samenzwering tegen hem en sloeg hem dood te Samaria, in de burcht van het koninklijk paleis, ook Argob en Arje, met de hulp van vijftig mannen uit de Gileadieten; hij doodde hem en werd koning in zijn plaats. Het overige van de geschiedenis van Pekachja en al wat hij gedaan heeft, zie, dat is beschreven in het boek van de kronieken der koningen van Israel.

In het vijftigste jaar van Azarja, koning van Juda, werd Pekachja, zoon van Menachem koning van Israel voor twee jaar. Ook hij deed wat kwaad is in de ogen van de Here en week niet af van de zonden van Jerobeam. Zijn hoofdman Pekach smeedde een samenzwering tegen hem en doodde hem te Samaria en werd koning in zijn plaats. Het lijkt erop dat de twee mannen Argob en Arje samen met de koning zijn gedood door Pekachja en nog vijftig Gileadieten.

Pekach wordt koning van Israel (2 Koningen 15:27-31)

“In het tweeenvijftigste jaar van Azarja, de koning van Juda, werd Pekach, de zoon van Remaljahu, koning over Israel te Samaria; hij regeerde twintig jaar. Hij deed wat kwaad is in de ogen des Heren, hij week niet af van de zonden die Jerobeam, de zoon van Nebat, Israel had doen bedrijven” 2 Koningen 15:27-28. In de dagen van Pekach, de koning van Israel, kwam Tiglatpileser, de koning van Assur, en veroverde Ijjon, Abel-bet-maaka, Janoach, Kedes en Hasor, Gilead en Galila, het gehele land van Naftali; en hij voerde de bevolking in ballingschap naar Assur. En Hosea, de zoon van Ela, smeedde een samenzwering tegen Pekach, de zoon van Remaljahu; hij sloeg hem dood en werd koning in zijn plaats in het twintigste jaar van Jotam, de zoon van Uzzia. Het overige van de geschiedenis van Pekach en al wat hij gedaan heeft, zie, dat is beschreven in het boek van de kronieken der koningen van Israel.

In het tweeënvijftigste jaar van Azarja, koning van Juda, werd Pekach koning van Israel. Hij regeerde in totaal twintig jaar. Het dateren van Pekach is moeilijk. Het lijkt erop dat hij al regeerde over Gilead op het zelfde moment dat Menachem en Pekachja over Israel regeerden. In de dagen van Pekach kwam Tiglatpileser van Assur en veroverde de noordelijke steden van Israel en voerde het volk in ballingschap naar Assur. Hosea, zoon van Ela, smeedde een samenzwering tegen Pekach en werd koning in het twintigste jaar van Jotam, zoon van Uzzia.

In de volgende les zullen we verder ingaan op het koningschap van Pekach en hoe hij samen met Resin, de koning van Aram tegen Juda ten strijde trok (Jesaja 7:1).