Het wetboek was kwijtgeraakt
			
			Koning Josia (vgl 2 Koningen 22, 2 Kronieken 34:1)
			
			Werd op zijn 8
ste koning en deed wat recht 
			was in de ogen van de Here (2 Kronieken 34:1).
			Week niet af naar rechts of links (2 Kronieken 34:2)
			Hoe vaak maken wij compromissen?Het vergt sterkte en moed om niet 
			af te wijken (Jozua 1:7)
			Begon in zijn 8ste regeringsjaar de Here te zoeken (2 Kronieken 
			34:3)
			Hij had het hele rijk aan zijn voeten en niemand om hem tegen te 
			houden in wat hij zou doen. 
			Wat voor een voorbeeld was jij op je 16de?
			In zijn 12de regeringsjaar begon hij Juda en Jeruzalem te 
			reinigen van afgoderij (2 Kronieken 34:3b-7)
			Afgoderij is gelijk onkruid, wanneer niet bijgehouden blijft het 
			terugkomen.
			In zijn 18de regeringsjaar gaf hij de opdracht om het huis van 
			de Here te herstellen. Tijdens deze herstellingen werd het wetboek 
			gevonden dat was kwijtgeraakt (2 Kronieken 34:8,14)
			
			Mozes had de woorden van God neergeschreven 
			“Toen kwam 
			Mozes en deelde het volk al de woorden des Heren en al de 
			verordeningen mee, en het gehele volk antwoordde eenstemmig: Al de 
			woorden, die de Here gesproken heeft, zullen wij doen. En Mozes 
			schreef al de woorden des Heren op” 
			Exodus 34:3-4a.
			- Ouders kregen de opdracht hun kinderen deze woorden in te prenten 
			en daarover te spreken (Deuteronomium 6:4-9)
			- De wet moest om de 7 jaar worden voorgelezen aan heel het volk 
			(Deuteronomium 31:9-13), dat was opdat zij die het hoorden de Here 
			zouden leren vrezen.
			- Jozua handelde naar hetgeen geschreven stond in het wetboek en 
			maakte er een kopie van (Jozua 8:30-32)
			
			Koning Josia scheurt zijn kleren bij het horen van de wet en God zag 
			het (2 Koningen 22:11)
			God wist dat Josia Zijn Woord had gelezen, dat zijn hart week was 
			geworden, dat hij zijn klederen had gescheurd, en dat hij had 
			geweend (2 Koningen 22:19)
			God bespaart hem van het onheil (2 Koningen 22:20)
			
			Josia riep het volk bijeen en sloot een verbond voor Gods aangezicht 
			( 2 Koningen 23:1-3)
			
			Na Josia’s dood werd (2 Kronieken 35:24-26) werd eerst Joachaz zijn 
			zoon voor 3 maanden koning, daarna maakte de koning van Egypte 
			Jojakim tot koning en omdat hij deed wat kwaad was in de ogen van de 
			Here en voerde de koning van Babel hem in ballingschap (2 Kronieken 
			36:1-10)
			
			Wat leren we 
			hieruit?
			
			
			
			God heeft een welgevallen in mensen die hun hart erop zetten om Zijn 
			Woord te onderzoeken en volbrengen en om anderen hierover te 
			onderwijzen (vgl Ezra 7:10)
			
			- Gebrek aan kennis brengt onaanvaardbare aanbidding voort (Hosea 
			4:6)
			- Paulus beval Timoteus om het Woord van God te blijven verkondigen 
			(2 Timoteus 4:1-4)
			
			De bijbel moet worden teruggevonden in onze gezinnen, in onze 
			gemeenten, in onze verlangens opdat ons leven een leven mag zijn dat 
			Gode welgevallig is en opdat God ons in vrede kan laten heengaan en 
			besparen van Zijn toorn. Josia zocht de Here toen hij een jonge 
			knaap was. Toen hij Gods Woord vond liet hij het toe dat dit hem zou 
			veranderen. Dit leidde ertoe dat hij anderen ten goede kon 
			beïnvloeden.
			
			Gods Woord zal altijd blijven bestaan, ook al vervallen naties in 
			zonde. Zij die hun hart erop zetten de Here zoeken, zullen Hem 
			vinden (Matteus 6:33-34).
			
			1 Petrus 1:22-24.
			
			
			