Gemeente van Christus  Houthalen Oost

De eerste brief van Paulus aan de Korintiërs 7:1-24 (8)

Paulus zal nu antwoorden op vragen van de Korintiërs. Er zijn tenminste zes onderwerpen waarover de Korintiërs een vraag over hebben gesteld (sexualiteit 7:1; jongedochters 7:25; offervlees 8:1; geestesgaven 12:1; inzameling heiligen 16:1 en Apollos 16:12).

Vervul de echtelijke verplichtingen

Wat nu de punten betreft, waarover gij mij geschreven hebt, het is goed voor een mens niet aan een vrouw verbonden te zijn, maar met het oog op de gevallen van hoererij moet ieder zijn eigen vrouw hebben en iedere vrouw haar eigen man. De man kome jegens de vrouw zijn echtelijke verplichtingen na en evenzo de vrouw jegens haar man. De vrouw heeft niet zelf over haar lichaam te beschikken, doch haar man; en eveneens heeft de man niet zelf over zijn lichaam te beschikken, doch zijn vrouw. Onthoudt dat elkander niet, tenzij met onderling goedvinden en voor een bepaalde tijd, om u te wijden aan het gebed, maar om daarna weder samen te komen, opdat niet de satan u verzoeke wegens uw gemis aan zelfbeheersing. Dit zeg ik om u tegemoet te komen, niet om u te bevelen. Ik zou wel willen, dat alle mensen waren, zoals ikzelf. Doch iedereen heeft van God zijn bijzondere gave, de een deze, de ander die.” 1 Korintiërs 7:1-7.

Het lijkt er op dat de Korintiërs de idee hadden dat het goed was om celibatair te leven hoewel ze getrouwd waren. Dat ze heiliger konden zijn door zich te onthouden van de sexuele relatie met hun partners. Paulus laat hen weten dat omwille van de hoererij die prominent aanwezig was, het nodig was dat elke man zijn eigen vrouw en elke vrouw haar eigen man moet hebben. Als je getrouwd bent, dan moet je je echtelijke verplichtingen nakomen, zowel de man als de vrouw.  Dat is vanzelfsprekend als je getrouwd bent. De man heeft het recht om over het lichaam van zijn vrouw te beschikken. De vrouw heeft het recht om over het lichaam van haar man te beschikken. Het is een wederzijds gebeuren. Als je trouwt dan wordt je één geheel. Je geeft jezelf over aan je partner. Niet alleen op sexueel gebied, maar op alle gebieden. De nadruk ligt dan niet meer op ‘wat zit er voor mij in’, maar ‘wat kan ik de ander geven’.

Het sexuele is dus iets wat partners elkaar niet gaan onthouden. Het hoort bij het huwelijk. Dit laat ook wel zien dat sexuele omgang niet enkel bedoeld is voor de voortplanting. Het is iets wat partners elkaar gaan geven om de verlangens te bevredigen zodat satan geen verzoeking kan brengen wegens het gemis aan zelfbeheersing. Er zijn drie voorwaarden die Paulus aangeeft wanneer het wel geoorloofd is om tijdelijk geen sexuele omgang te hebben. De eerste is dat het iets is dat zowel de man als de vrouw met elkaar overeenkomen. Ten tweede dat het is om zich te wijden aan het gebed. Dus niet omdat men elkaar niet kan uitstaan. En ten derde dat de onthouding maar een bepaalde tijd duurt. Satan maakt goed gebruik van de gelegenheden. Terwijl zij beslissen om geen sexuele omgang te hebben om zogezegd heiliger te leven, komt satan, die gretig gebruik maakt van de situatie die ze zelf hebben gecreëerd. Het gevolg is niet een heiliger leven, maar een zondiger leven omdat ze zich niet kunnen beheersen. Om hun zoektocht naar grotere geestelijkheid niet te willen ontmoedigen, geeft Paulus hen het advies dat ze zich dan beter aan die drie voorwaarden houden. Zo wil hij hun tegemoetkomen. Paulus voegt er aan toe dat hij graag zou willen dat iedereen leefde als hij. Paulus was niet getrouwd. En hij leefde voor God. Maar niet iedereen kan zich zo beheersen. Niet iedereen is bereid om zichzelf te onthouden zoals Paulus dat deed. Iedereen heeft zijn bijzondere gave van God gekregen, de een deze, de ander die. Een mens moet zich niet schuldig voelen als hij wil huwen. Dit is iets wat vrij normaal is. Dat verlangen om niet alleen te zijn zit al in de mens sinds de schepping (Genesis 2).

Wat betekent dit voor de ongehuwden, de weduwen en de gehuwden?

Maar tot de ongehuwden en de weduwen zeg ik: Het is goed voor hen, indien zij blijven, zoals ik. Indien zij zich echter niet kunnen beheersen, laten zij dan trouwen. Want het is beter te trouwen dan van begeerte te branden. Doch hun, die getrouwd zijn, beveel ik niet, maar de Here, dat een vrouw haar man niet mag verlaten (is dit toch gebeurd, dan moet zij ongehuwd blijven of zich met haar man verzoenen) en een man moet zijn vrouw niet verstoten” 1 Korintiërs 7:8-11.

Wat betekenen de voorgaande woorden voor de verschillende groepen in de gemeente? Voor de ongehuwden? Voor de weduwen? Voor de gehuwden?

Zij die geen huwelijkspartner hebben en zij die hun partner hebben verloren door sterfte, het is goed voor hen als zij blijven zoals Paulus. Ongehuwd. Het is echter geen absolute regel. Want als zij een brandend verlangen hebben om te trouwen, als zij merken dat het moeilijk wordt om zich te beheersen, laten zij dan trouwen. Alleen blijven is goed, maar het is beter  te trouwen dan van begeerte te branden.

Hun die getrouwd zijn, mogen niet scheiden. Dit is iets waar Jezus zelf over heeft gesproken (Markus 10:11-12; Lukas 16:18). Het is niet alleen verkeerd om te hertrouwen na scheiding. Het is ook verkeerd om te scheiden. Soms aanvaarden mensen wel dat ze alleen moeten blijven na een scheiding, maar ze beseffen niet dat ze zondigen door te willen scheiden. De huwelijksbelofte die men elkaar geeft is tot de dood scheidt. Niet tot een scheiding scheidt. In Matteus 5:32 geeft Jezus het voorbeeld van een man die zijn vrouw scheidt om een andere reden dan ontucht. Jezus zegt duidelijk dat deze man veroorzaakt dat er echtbreuk met haar wordt gepleegd. Ook degene die zo een vrouw trouwt, pleegt echtbreuk. 

Paulus zegt dus dat een vrouw haar man niet mag verlaten en een man mag zijn vrouw niet scheiden. Wat als dit toch gebeurd is? Paulus heeft nog maar net gezegd dat het niet mag. Maar als het toch gebeurd is dat een vrouw haar man heeft verlaten, dan moet zij ongehuwd blijven of zich met haar man verzoenen. Merk op dat omdat zij haar man verlaten heeft, zij nu wordt beschouwd als ongehuwd. Een gelijkaardige zinsconstructie wordt door Johannes gebruikt in 1 Johannes 2:1. Johannes schreef die dingen opdat zij niet tot zonde zouden komen. Maar als ze toch zondigden, dan was er verzoening. Dit betekent niet dat het daarom goed was dat ze gezondigd hebben. Gelijkaardig is het verboden om te scheiden. Het is zondig. Maar als de zonde toch is gebeurd, dan moet die persoon alleen blijven of verzoenen. Paulus geeft geen toestemming om te scheiden, maar wat ze moeten doen als ze toch gedaan hadden wat ze niet mochten doen.

Wat betekent dit voor de overigen?

Maar tot de overigen zeg ik, niet de Here: heeft een broeder een ongelovige vrouw, die erin bewilligt met hem samen te wonen, dan moet hij haar niet verstoten. En een vrouw moet, als zij een ongelovige man heeft, en deze erin bewilligt met haar samen te wonen, die man niet verstoten. Want de ongelovige man is geheiligd in zijn vrouw en de ongelovige vrouw is geheiligd in de broeder. Anders zouden immers uw kinderen onrein zijn, doch nu zijn zij heilig. Maar indien de ongelovige haar verlaat, laat hij haar verlaten. De broeder of zuster is in dit geval niet gebonden; tot vrede heeft God u geroepen. Want hoe kunt gij weten, vrouw, dat gij uw man zult redden? Of hoe kunt gij weten, man, dat gij uw vrouw zult redden?” 1 Korintiërs 7:12-16.

Jezus heeft tijdens zijn leven niet over alle dingen gesproken (Johannes 16:12-13). Ook over het huwelijk en echtscheiding heeft Jezus toen niet alles bekendgemaakt. Jezus heeft bijvoorbeeld niks gezegd over het huwelijk tussen christenen en niet christenen. Daar zal Paulus nu over spreken. Hoe zit het met de gemengde huwelijken?

Als de ongelovige met de gelovige wil leven, dan moet de christen gehuwd blijven. De ongelovige beslist soms om zijn goddeloze leven verder te zetten zonder de christelijke partner. De christen zal nog steeds geen scheiding zoeken. Zolang de ongelovige gehuwd wil blijven, zal de christen zijn/haar huwelijksverplichtingen vervullen. In het Oude Testament moest de Jood wel van zijn heidense vrouw scheiden (Ezra 9-10). Het is dus niet onlogisch dat de Korintiërs veronderstelden dat zij dat ook moesten doen. Paulus stelt hen gerust dat de ongelovige partner geheiligd is in de gelovige. Dit betekent niet dat ongelovige behouden is (want hij is nog steeds een ongelovige), maar wel dat het huwelijk door God wordt aanvaard. Let wel op. Ook hier vinden we geen goedkeuring voor gelovigen om te gaan huwen met ongelovigen. In 1 Korintiërs 7:17 en 24 zegt Paulus dat iedereen zo moet leven als God hem geroepen heeft. We spreken dus over gemengde huwelijken die zijn ontstaan doordat één van de twee partners gelovig is geworden tijdens het huwelijk.  De kinderen uit dit huwelijk zijn rein en heilig. God accepteert dit huwelijk. Zij moeten zich niet van hun ongelovige partners scheiden.

Maar als de ongelovige partner de gelovige verlaat, dan zij het zo. De christen kan er niks aan doen als de ongelovige van hem of haar scheidt. De christen is niet gebonden, hetgeen betekent dat hij of zij geen slaaf meer is van de huwelijksverplichtingen. Dit betekent echter niet dat de christen mag hertrouwen, daar is helemaal geen sprake van in deze verzen. De christen zal de wil van de ongelovige ondergaan. Want de christen kan niet weten als de partner op een dag misschien wel tot inkeer komt. Reden genoeg om niet op te geven.

Blijf in die toestand zoals God u geroepen heeft

Alleen, laat ieder zo leven, als de Here hem toebedeeld heeft, zo, als God hem geroepen heeft. Zo schrijf ik het in alle gemeenten voor. Is iemand als besnedene geroepen, hij late het niet verhelpen; is iemand als onbesnedene geroepen, hij late zich niet besnijden. Want besneden zijn betekent niets, en onbesneden zijn betekent niets, maar wel het houden van Gods geboden. Ieder blijve bij die roeping, waarin hij was, toen hij geroepen werd. Zijt gij als slaaf geroepen, bekommer u daarover niet, maar als gij ook vrij kunt worden, maak er dan te meer gebruik van. Want de slaaf, die in de Here geroepen werd, is een vrijgelatene des Heren; evenzo is hij, die als vrije geroepen werd, een slaaf van Christus.  Gij zijt gekocht en betaald. Weest geen slaven van mensen. Broeders, iedereen blijve voor God in die toestand, waarin hij werd geroepen” 1 Korintiërs 7:17-24.

Leef zo zoals God het u heeft toebedeeld. Leef zo zoals God u geroepen heeft. Dat is wat Paulus in alle gemeenten voorschreef. Zijt ge onbesneden, blijf dan zo. Zijt ge besneden, blijf dan zo. Het betekent niks als je besneden of onbesneden bent. Dat is een heel krasse uitspraak voor een Jood, maar wel één die vol waarheid zit. Wat belangrijk is voor nieuwtestamentische christenen is het houden van Gods geboden. De christen moet niet iets extra gaan nastreven om een betere relatie met God te verkrijgen. Blijf zo leven zoals je leefde toen God u riep.

Sommigen gebruiken deze gedachte echter om mensen aan te moedigen om in zonde te blijven leven. Dat is niet wat Paulus leert, noch wat hij bedoelt. God zal nooit van u vragen om in zonde te blijven leven. Bekeren betekent dat de zonde stopt. Leef je in een overspelig huwelijk, dan moet dat overspelig huwelijk worden stopgezet.

Zijt ge een slaaf, maak u daar dan geen zorgen over. Kunt ge vrij worden, maak er dan gebruik van. Een slaaf is sowieso een vrijgelatene in de Here, ook al zou hij een slaaf blijven tot de dood.  De vrije moet ook beseffen dat hij sowieso een slaaf in van Christus. Paulus zei het eerder al in hoofdstuk 6 en herhaalt het opnieuw. Wij bepalen niet zelf wat goed voor ons is. Wij zijn gekocht en betaald. Wij behoren God toe. Hij beslist, Hij leidt, Hij dirigeert. Zijt geen slaaf van mensen, m.a.w. zijt geen slaaf van uw omstandigheden, leef en beweeg in God wat je toestand ook is. Blijf in de toestand waarin God u geroepen heeft.


Vorige