Gemeente van Christus

Laakdal   

Bijbelse engelen - boodschappers

Jezus Christus - De engel (boodschapper) van de Here

- Hij sprak tot Hagar ivm haar nakomelingen (Genesis 16:10-12). Zij erkende Zijn Persoon (v 13)
- Hij volgde de Joden in de wildernis (1 Korintiërs 10:4)
- Hij bereidde de weg voor de inname van Kanaän (Exodus 23:20-33)
- Hij werd "Ik zelf" genoemd (verwijzend naar God) (Exodus 32:34; 33:14; Jesaja 63:9)
- Hij sprak tot Mozes vanuit de brandende braamstruik (Exodus 3:2,4,14; Johannes 8:58)
- Hij was de boodschapper (engel) van het verbond (Maleachi 3:1)
- Jezus was niet slechts een mens, hij bestond voor zijn incarnatie (vleeswording Johannes 1:14; 1 Timoteus 3:16), Hij was met God en in de gedaante van God (Johannes 1:1-3; Filippenzen 2:5-8).
- Hij spreekt nu voor de Vader tot de mens (Hebreeën 1:3; Johannes 12:49-50; 1:1,14)

Engelen (hemelse wezens) - Engelen (boodschappers) van de Here

1. Wie zijn zij?

a) geestelijke wezens (Matteus 22:30)
- hemelse/onsterfelijke wezens
b) Geschapen wezens (Kolossenzen 1:16)
c) Bestonden als "zonen" voor de schepping van de wereld (Job 38:4-7); ze zijn niet de geesten van dode mensen.
d) Bezitten verschillende ranken en rollen (1 Tessalonissenzen 4:16; Judas 9; Daniël 8:16; Lukas 1:19,26)
e) Hebben een hogere rank dan de mens (Psalm 8:5 en hebt hem een weinig minder gemaakt dan de engelen - SVV)
f) Bezitten: intellect (1 Petrus 1:12); wil (Galaten 1:8; 2 Petrus 2:4; Judas 6); emotie (zoals de mens) (Lukas 15:10)
g) Sommigen zondigden lang geleden en kregen een straf van God (2 Petrus 2:4)

2. Welke boodschappen van God brachten zij? 

Sommige voorbeelden zijn:
a) Eén engel: Elia moest zijn eigen leven bewaren (1 Koningen 19:5)
b) Twee engelen: Lot moest vluchten van Sodom (Genesis 19:15)
c) Drie engelen: Abraham zou een zoon en een volk krijgen (Genesis 18:10,18)
Merk op: wie was de derde engel? (Genesis 18:2-4,17,22; 32:1-2)
d) Vele engelen: Bemoedigden Jacob op 2 verschillende momenten (Genesis 28:12; 32:1-2)

Mensen - Engelen (boodschappers) van de Here

1. Johannes de Doper (Maleachi 3:1)
2. Paulus (Galaten 4:14 maar gij naamt mij aan als een engel Gods - SVV)
3. Boodschappers van de plaatselijke gemeenten (Openbaring 2:1,8,...)

 


Vorige