Gemeente van Christus
Dit is zo een vraag 
			die voor velen een emotionele beladenheid heeft. Veel christelijke 
			groeperingen zien er niets verkeerd in om God te aanbidden met 
			muziekinstrumenten. In dit artikel wil stilstaan bij de vraag of het 
			geoorloofd is dat we God onder het nieuwe verbond aanbidden met 
			muziekinstrumenten. Muziek is geluid, voortgebracht door de 
			menselijke stem of door instrumenten omwille van de schoonheid van 
			dat geluid of als expressie van gevoelens. 
			
			Nieuwtestamentische aanbidding
			
			Op de avond dat Jezus werd overgeleverd zocht Jezus de stilte van de 
			Olijfberg op, "na de lofzang gezongen te 
			hebben" Matteus 26:30. Jezus en zijn discipelen zongen 
			aanbiddingsliederen. Ook wanneer Paulus en Silas gevangen waren, 
			zongen ze "Gods lof, en de gevangenen 
			luisterden naar hen" Handelingen 16:25. Paulus quoteert Psalm 
			18:50 wanneer hij spreekt over het zingen van de heidenen in de 
			gemeente: "En de heidenen God vanwege de 
			barmhartigheid zouden verheerlijken; gelijk geschreven is: Daarom 
			zal ik U belijden onder de heidenen, en Uw Naam lofzingen". 
			(Romeinen 15:10 - SVV).
			
			In 1 Korintiërs 14:15 geeft Paulus aanwijzingen over hoe er moet 
			worden gezongen wanneer hij zegt "ik zal 
			lofzingen met mijn geest, maar ook lofzingen met mijn verstand". 
			Zingen was en is een onderdeel van nieuwtestamentische aanbidding en 
			moest gedaan worden met de geest en het verstand, dit betekent dat 
			anderen het kunnen verstaan en dat anderen erdoor worden geleerd. 
			Paulus bevestigt dit ook aan de Kolossenzen "Het 
			woord van Christus wone rijkelijk in u, zodat gij in alle wijsheid 
			elkander leert en terechtwijst en met psalmen, lofzangen en 
			geestelijke liederen zingende, Gode dank brengt in uw harten" 
			Kolossenzen 3:16. De inhoud van de liederen waren gebaseerd op Gods 
			Woord en op een leven met God en niet gebaseerd op de hartstochten 
			van een mens. Het moesten psalmen, hymnes en geestelijke liederen 
			zijn ter ere van God, die zij al zingende brachten. Aan de Efeziërs 
			zegt Paulus "spreekt onder elkaar in psalmen en lofzangen en geestelijke liederen, 
			zingt en speelt de Heer in uw hart" (Efeziërs 5:19 - SVV). 
			Zij zongen deze liederen en maakten muziek in en met hun harten en 
			niet op instrumenten. Ook individueel werden christenen aangemoedigd 
			om te zingen "Heeft iemand onder u leed 
			te dragen? Laat hij bidden. Is iemand blij te moede? Laat hij 
			lofzingen" Jakobus 5:13.
			
			Wat met David en oudtestamentische 
			aanbidding?
			
			Velen willen teruggrijpen naar het oude verbond en halen enkele 
			Psalmen aan om te rechtvaardigen dat het gebruik van 
			muziekinstrumenten geoorloofd is, hoewel het nieuwe testament dat 
			niet leert. "Israel verheuge zich in zijn 
			Maker, laten de kinderen Sions juichen over hun Koning; laten zij 
			zijn naam loven met reidans, Hem psalmzingen met tamboerijn en citer" 
			Psalm 149:2-3. "Looft Hem met 
			bazuingeschal, looft Hem met harp en citer, looft Hem met tamboerijn 
			en reidans, looft Hem met snarenspel en fluit, looft Hem met 
			klinkende cimbalen, looft Hem met schallende cimbalen" Psalm 
			150:3-5. In deze verzen wordt inderdaad beschreven dat tamboerijn, 
			citer, bazuingeschal, harp, snarenspel, fluit en klinkende en 
			schallende cimbalen onderdeel waren van de aanbidding van God. Dit 
			was duidelijk de aanbidding die God behaagde onder het oude verbond.
			
			
			Maar als deze verzen autoriteit geven voor de nieuwtestamentische 
			gemeente om muziekinstrumenten te gebruiken, dan moet de gemeente al 
			deze instrumenten gebruiken en niet slechts enkele. Meer nog, dan 
			moet de aanbidding ook gepaard gaan met reidans. Deze dans was het 
			in een cirkel huppelen en dansen op de toon van de muziek (vgl 2 
			Samuel 6:14-20, Exodus 15:20). Maar stel je voor dat deze Psalmen 
			inderdaad toestemming geven om instrumenten te gebruiken, dan zou 
			dat betekenen dat de andere dingen die David deed ook moeten worden 
			gedaan. Zoals het offeren van dieren (Psalm 118:27; 1 Kronieken 
			29:10-23), het brengen van brandoffers (Psalm 66:13-15), ... en alle 
			andere oudtestamentische gebruiken. Indien niet, waarom dan niet? Al 
			deze gebruiken waren God welgevallig onder het oude verbond, maar 
			zijn dat niet meer onder het nieuwe. Dus als we zouden redeneren dat 
			het God behaagde om aanbeden te worden met deze instrumenten, dan 
			moeten we consequent zijn en deze gedachte doortrekken naar alle 
			dingen die God welgevallig waren onder het oude verbond en deze gaan 
			implementeren in het nieuwe testament.
			
			Christenen en David
			
			Christenen moeten niet naar David luisteren maar naar 
			Jezus, zoals God sprak "Deze is mijn 
			Zoon, de geliefde, in wie Ik mijn welbehagen heb; hoort naar Hem!" 
			Matteus 17:5. We moeten Gods Woorden recht snijden (2 Timoteus 2:15) 
			en niet te pas en te onpas gaan gebruiken zoals het ons uitkomt. 2 
			Kronieken 29:25-28 leert ons dat de instrumenten van David een 
			onderdeel waren van oudtestamentische aanbidding (zie ook 1 
			Kronieken 25:1; 28:11-19). Allen die leefden in de periode van Mozes 
			tot aan de kruisiging van Christus waren onderhevig aan alle 
			aspecten van deze wet van Mozes. Maar deze wet "heeft 
			Christus weggedaan door het aan het kruis te nagelen" (Kolossenzen 
			2:14), "want de wet is door Mozes 
			gegeven, de genade en de waarheid zijn door Jezus Christus gekomen" 
			(Johannes 1:17). "De wet is dus een 
			tuchtmeester voor ons geweest tot Christus" Galaten 3:24. Het 
			nieuwe verbond van Christus heeft het oude vervangen, want zo sprak 
			God door de profeet Jeremia "Zie, er 
			komen dagen, spreekt de Here, dat Ik voor het huis Israels en het 
			huis Juda een nieuw verbond tot stand zal brengen, niet zoals het 
			verbond, dat Ik met hun vaderen maakte" Jeremia 31:31 (vgl 
			ook met Hebreeën 8:8-13). De wet van het oude testament is niet meer 
			bindend voor ons en het verschilt met de wet van het nieuwe 
			testament. Het oude dient nu tot ons onderricht als voorbeeld 
			(Romeinen 15:4), maar niet als wet waarnaar we moeten leven (Galaten 
			2:21). 
			
			Onze houding tov Gods Woord
			
			Het vraagstuk van het gebruik van muziekinstrumenten om God te eren, 
			is er een dat te maken heeft met onze houding tegenover Gods 
			geopenbaarde Wil. Onze houding in dit vraagstuk, leert ons ook hoe 
			onze houding 'meestal' zal zijn in andere vraagstukken.
			
			Wanneer God een verbond met de mens sloot, hetzij het oude of het 
			nieuwe, dan is dit verbond van kracht, ongeacht of de mens die onder 
			dat verbond leeft het erkent of niet, ongeacht of hij met regels 
			ervan akkoord gaat of niet. Daarom dat de profeet Jeremia over het 
			oude verbond zegt "Zo zegt de Here, de God van Israel: Vervloekt zij de man die niet hoort 
			naar de woorden van dit verbond" Jeremia 11:3. In hoofdstuk 
			7:24-27 lezen we dat Israel niet luisterde naar de woorden van God 
			en dan staat er "Dit is het volk dat niet 
			hoort naar de stem van de Here, zijn God, en dat geen tuchtiging 
			aanneemt; de oprechtheid is verdwenen en teloorgegaan uit hun mond" 
			7:28. De Israelieten waren de woorden van God zelfs vergeten, maar 
			toch waren ze schuldig tov God omdat ze Zijn wet niet naleefden.
			
			
			Elkeen van ons leeft onder het nieuwe verbond dat God met de mensen 
			heeft gesloten. Jezus leert ons "Ik ben 
			als een licht in de wereld gekomen, opdat een ieder, die in Mij 
			gelooft, niet in de duisternis blijve. En indien iemand naar mijn 
			woorden hoort, maar ze niet bewaart, Ik oordeel hem niet, want Ik 
			ben niet gekomen om de wereld te oordelen, doch om de wereld te 
			behouden. Wie Mij verwerpt en mijn woorden niet aanneemt, heeft een, 
			die hem oordeelt: het woord, dat Ik heb gesproken, dat zal hem 
			oordelen ten jongsten dage" Johannes 12:47-48. Petrus zegt 
			over Jezus "Mozes toch heeft gezegd: De 
			Here God zal u een profeet doen opstaan uit uw broeders, gelijk mij: 
			naar hem zult gij horen in alles wat hij tot u spreken zal; en het 
			zal geschieden, dat alle ziel, die naar deze profeet niet hoort, uit 
			het volk zal worden uitgeroeid" Handelingen 3:22-23. 
			
			Jezus zond zijn apostelen om de mensen het evangelie te verkondigen 
			en om de mensen te leren het te onderhouden (Matteus 28:19). Het is 
			Zijn evangelie dat ons zal oordelen als wij in het licht wandelen of 
			niet. Jezus zelf gaf ons daarbij het voorbeeld hoe we dat moeten 
			doen wanneer Hij zegt "Want Ik heb niet 
			uit Mijzelf gesproken, maar de Vader, die Mij heeft gezonden, heeft 
			zelf Mij een gebod gegeven, wat Ik zeggen en spreken moet"Johannes 
			12:49. Wat ik denk, ik voel, ik wil is niet meer belangrijk, wat God 
			Wil en heeft geopenbaard is belangrijk. Dat is wat Christus ons 
			leert, Hij hield zoveel van Zijn Vader dat Zijn Eigen wil daarvoor 
			moest wijken (vgl Markus 14:36). Hoeveel houden wij van God?
			
			Zonde is het overtreden van Gods Wil (1 Johannes 3:4), en daar waar 
			wij onszelf in overtreding vinden, behoren wij ons te bekeren met 
			berouw (Handelingen 26:20) om zo onze gedachten en ons handelen tot 
			een krijgsgevangene van Christus te maken zoals Paulus zegt "zodat 
			wij de redeneringen en elke schans, die opgeworpen wordt tegen de 
			kennis van God, slechten, elk bedenksel als krijgsgevangene brengen 
			onder de gehoorzaamheid aan Christus" 2 Korintiërs 10:5. Gods 
			oordeel is onpartijdig, zij die overtreden zullen worden veroordeeld 
			(Romeinen 2:9-10). Daaruit zal ook onze liefde voor Christus 
			blijken, want niet zij die Here Here zeggen zijn door God gekend, 
			maar zij die de Wil van de Vader doen. God zegt dat alle mensen 
			overal tot bekering moeten komen om zich in geloof over te geven aan 
			Zijn Zoon (Handelingen 17:30). We zien de laatste jaren spijtig 
			 genoeg een gevaarlijke tendens van emo-geloof en geloof vermengd 
			met menselijke gedachten onder invloed van de wereldse begeerten. 
			Het voelt goed, dus moet het ook goed zijn redeneert men. God heeft 
			het niet verboden, dus is het geoorloofd zegt men.
			
			Emo-geloof houdt geen rekening dat het nieuwe verbond is geopenbaard 
			om ons bekend te maken met wat Gods Wil voor ons is. Wanneer God een 
			verbond met mensen sluit dan is dat verbond niet slechts een 
			aanbeveling, maar een gebod (vgl Psalm 111:7-10). Gods Wil is 
			compleet en behoeft geen aanvulling van mensen, hoogmoed van de mens 
			echter zal ertoe leiden dat men denkt dat God het niet erg vind als 
			we dingen toevoegen of weglaten aan Zijn verbond. Laten we hier 
			waakzaam voor zijn, dat we niet de mensen naar de mond willen 
			praten, maar het onvervalste Woord van God prediken in liefde. Mozes 
			moest toezien op zichzelf dat hij de tabernakel maakte naar het 
			voorbeeld hem gegeven door God (Hebreeën 8:5). Zien wij ook toe op 
			onszelf dat ons geloof gebaseerd is op het nieuwtestamentische 
			voorbeeld?
			
			De woorden en het voorbeeld van Jezus en Zijn apostelen zijn ons 
			voorbeeld over hoe wij Gode welgevallig behoren te zijn met ons 
			leven (1 Korintiërs 4:6). Het is dit voorbeeld dat wij van harte 
			gehoorzaam zijn geworden (Romeinen 6:17; Filippenzen 3:17). Als we 
			dus weten hoe God wil aanbeden worden in het nieuwe testament, dan 
			weten we tegelijk welk voorbeeld we behoren te volgen. Indien we 
			onze eigen gedachten hebben nagevolgd ipv Gods Wil, dan behoren we 
			ons daarvan met berouw te bekeren en het goede doen.
			
			Conclusie
			
			Jezus zegt dat aanbidding die wordt gedaan naar de traditie van 
			mensen waardeloze aanbidding is " 
			Tevergeefs eren zij Mij, omdat zij leringen leren, die geboden van 
			mensen zijn" Matteus 15:9. Dus wanneer wij God gaan aanbidden 
			met muziekinstrumenten, daar waar het nieuwe testament enkel spreekt 
			over acapella gezang, dan is dat een menselijke toevoeging. Jezus 
			leert ons in het nieuwe testament om te lofzingen met onze geest en 
			met ons verstand, geestelijke liederen behoren acappella te worden 
			gezongen en de muziek behoort in het hart te worden gemaakt. Zij die 
			God liefhebben zullen hiermee rekening houden (Johannes 14:15), zij 
			die denken God te kunnen aanbidden naar hun eigen hartstochten 
			zullen eenzelfde oordeel ondergaan als Nadab en Abihu, die ook 
			dachten anders te mogen doen dan hetgeen God geboden had (Leviticus 
			10:1-2). Laat uw aanbidding God welgevallig zijn en psalmzingt de 
			Here en maakt muziek in uw harten.