Gemeente van Christus

Laakdal   

Mag een christen een ongelovige trouwen?

Soms hoor je wel eens zeggen dat het geoorloofd is om als christen te huwen met een niet christen, maar dat het allesbehalve wijs is om het te doen. Is het gewoon niet wijs of is het een zonde om een niet christen te huwen? Een feit is dat het kiezen van een partner veel belangrijker is dan het kiezen van een huis waar je de rest van je leven in gaat wonen. De partnerkeuze zal je geluk in het leven bepalen, en meer, het zal een bepalende factor zijn in waar je de eeuwigheid zal doorbrengen en waar je kinderen en kleinkinderen de eeuwigheid zullen doorbrengen.

Een godsvruchtig vrouw zal op zoek gaan naar een man wiens hart de goedkeuring van de Here krijgt  "Let niet op zijn voorkomen noch op zijn rijzige gestalte, want Ik heb hem verworpen. Het komt immers niet aan op wat de mens ziet; de mens toch ziet aan wat voor ogen is, maar de Here ziet het hart aan" 1 Samuel 16:7. Een godsvruchtig man zal een vrouw kiezen die leeft naar de woorden "uw sieraad zij niet uitwendig: het vlechten van haar, het omhangen van goud of het dragen van gewaden, maar de verborgen mens uws harten, met de onvergankelijke tooi van een zachtmoedige en stille geest, die kostbaar is in het oog van God" 1 Petrus 3:3-4. Een kind van God zal niet op zoek gaan naar iemand die een besproken karakter heeft, maar zal op zoek gaan naar een hart dat "vroom en oprecht, godvrezend en wijkende van het kwaad" (Job 1:1) is.

Paulus stelt zichzelf de volgende vraag: "hebben wij geen bevoegdheid om een zuster als vrouw mede te nemen gelijk ook de andere apostelen en de broeders des Heren en Kefas?" 1 Korintiërs 9:5. Paulus is duidelijk wanneer hij stelt dat hij recht heeft op een vrouw, maar dat de keuze van zijn vrouw te zoeken is bij de zusters. Zo zegt Jezus "Al wie de wil Gods doet, die is mijn broeder en zuster en moeder" Markus 3:35. Zij die een ander evangelie aanhangen kunnen niet onder broeders en zusters worden gerekend, noch zij die ongehoorzaam zijn aan de wil van God. Gelijkerwijs zegt Paulus over de weduwe "indien haar man is ontslapen, is zij vrij om te trouwen, met wie zij wil, mits in de Here" 1 Korintiërs 7:39. De christen mag bij het sterven van de partner enkel in de Here hertrouwen. Dwz niet trouwen met een ongelovige, noch met een ongehoorzame christen. In de keuze van onze relaties moeten we altijd een oog hebben voor God. Hij weet wat goed voor ons is en welke partnerkeuze het beste voor ons is. Zo leert het voorbeeld van Israel ons.

Israel en niet-Israelieten

God zegt het volgende over de vreemde volken die Hij voor Israel zal verdrijven "Gij zult u ook met hen niet verzwageren; uw dochters zult gij aan hun zonen niet geven, noch hun dochters nemen voor uw zonen; want zij zouden uw zonen van Mij doen afwijken, zodat zij andere goden zouden dienen, en de toorn des Heren tegen u zou ontbranden en Hij u weldra zou verdelgen" Deuteronomium 7:3-4. Israel mocht zich niet vermengen met de volken die rondom hen woonden, omdat dezen ervoor zouden zorgen dat de kinderen Israels van God zouden afwijken. We zien dat Israel God hier niet in gehoorzaamde, want "het volk Israel, de priesters en de Levieten hebben zich niet afgezonderd gehouden van de volken der landen, wat hun gruwelen betreft: van de Kanaanieten, de Hethieten, de Perizzieten, de Jebusieten, de Ammonieten, de Moabieten, de Egyptenaren en de Amorieten. Want zij hebben uit hun dochters vrouwen genomen voor zich en hun zonen, waardoor het heilige zaad zich vermengd heeft met de volken der landen; ja, de oversten en de leiders zijn in deze trouwbreuk voorgegaan" Ezra 9:1-2. De ballingen die uit gevangenschap terug waren aangekomen in Jeruzalem hadden trouwbreuk gepleegd. Zij waren ontrouw geweest aan God door Zijn gebod te overtreden. De volken met wie Israel zich tegen de wil van God in had vermengd, waren bezoedeld vanwege hun onreinheden en goddeloosheid. Daarom zegt Ezra "Dus moogt gij uw dochters niet aan hun zonen tot vrouw geven, noch hun dochters voor uw zonen tot vrouw nemen; zoekt nimmer hun welzijn en hun geluk, opdat gij sterk moogt zijn, het goede des lands moogt eten en het voor altijd aan uw kinderen ten erfenis moogt geven" Ezra 9:12. Gods Zegen was geweken van Israel omdat zij het geluk en het welzijn van de goddeloze volken hadden gezocht. Na berouw te hebben bedreven over het grote kwaad van hun trouwbreuk (Ezra 10:1,6) geeft Ezra Gods Woorden weer wanneer hij zegt "Gij hebt trouwbreuk gepleegd, omdat gij vreemde vrouwen hebt gehuwd; daardoor hebt gij Israels schuld nog vermeerderd. Maar geeft nu eer aan de Here, de God uwer vaderen, doet wat Hem welgevallig is en scheidt u af van de volken des lands en van de vreemde vrouwen. Daarop gaf de gehele gemeente met luider stem ten antwoord: Aldus, naar uw woord, is het aan ons om te doen" Ezra 10:10-13. Hetgeen God welgevallig was dat Israel zich zou afscheiden van de volken en van hun vreemde vrouwen met wie ze zich nooit hadden mogen vermengen. Vgl ook met Jozua 23:11-13; Exodus 34:15-16; Nehemia 13:23-27.

Christenen en niet-christenen

De gebeurtenissen van Israel "zijn ons ten voorbeeld geschied, opdat wij geen lust tot het kwade zouden hebben, zoals zij die hadden" 1 Korintiërs 10:6. Daarom ook dat Paulus zegt "Vormt geen ongelijk span met ongelovigen, want wat heeft gerechtigheid gemeen met wetteloosheid, of welke gemeenschap heeft het licht met de duisternis? Welke overeenstemming is er tussen Christus en Belial, of welk deel heeft een gelovige samen met een ongelovige? Welke gemeenschappelijke grondslag heeft de tempel Gods met afgoden? Wij toch zijn de tempel van de levende God, gelijk God gesproken heeft: Ik zal onder hen wonen en wandelen, en Ik zal hun God zijn en zij zullen mijn volk zijn. Daarom gaat weg uit hun midden, en scheidt u af, spreekt de Here, en houdt niet vast aan het onreine en Ik zal u aannemen, En Ik zal u tot Vader zijn en gij zult Mij tot zonen en dochteren zijn, zegt de Here, de Almachtige" 2 Korintiërs 6:14-18.

Net zoals het oude verbond leert God onder het nieuwe verbond dat Zijn kinderen geen ongelijk span mogen vormen met ongelovigen. Deze uitdrukking komt van het oude verbond waar staat "Gij zult niet ploegen met een rund en een ezel tezamen" Deuteronomium 22:10. Het was niet alleen ongepast om een rund en een ezel samen onder één juk te brengen, het was zelfs wreed om dat te doen gezien hun verschillende lengte en gestalte.  Het idee is dus dat de gelovige niet gebonden mag zijn aan een ongelovige omdat zij niets gemeenschappelijk hebben. Een gelovige heeft geen deel samen met een ongelovige en zij kunnen dus niet samen onder één juk worden gebracht. Want Gods Wil stuurt het leven van de christen en rechtvaardigheid woont zijn hart. De ongelovige daartegen trekt zich niets aan van Gods Wil en staat deze zelfs tegen. Dus wanneer een christen tot Gods volk wil behoren, dan moet hij zich afscheiden van ongelovigen. Het mag duidelijk zijn dat wanneer je je moet afscheiden van ongelovigen, je niet met hen kan huwen.

Wat met iemand die christen wordt wanneer reeds in een huwelijk?

Paulus zegt: "heeft een broeder een ongelovige vrouw, die erin bewilligt met hem samen te wonen, dan moet hij haar niet verstoten. En een vrouw moet, als zij een ongelovige man heeft, en deze erin bewilligt met haar samen te wonen, die man niet verstoten. Want de ongelovige man is geheiligd in zijn vrouw en de ongelovige vrouw is geheiligd in de broeder. Anders zouden immers uw kinderen onrein zijn, doch nu zijn zij heilig. Maar indien de ongelovige haar verlaat, laat hij haar verlaten. De broeder of zuster is in dit geval niet gebonden; tot vrede heeft God u geroepen" 1 Korintiërs 7:12-15. Een christen mag het huwelijk niet opgeven wanneer hij christen wordt terwijl hij zich in een huwelijk bevindt. Paulus zegt dat een ieder moet leven "zo, als God hem geroepen heeft" 1 Korintiërs 7:17. De context leert helemaal niet dat christenen ongelovigen mogen huwen. Nee de tekst spreekt over mensen die reeds getrouwd zijn en waarvan één van de partners gelovig wordt. Dat is de toestand waarin zij leefden toen God hen riep. Zij mogen hun partners niet verstoten!

Kan je verkering hebben met een ongelovige?

Sommigen denken 'wel, mijn vriend is wel een goede jongen en als we getrouwd zijn zal hij zich wel bekeren'. Wat is er mis met deze gedachte? Ten eerste is ze in strijd met de wil van God dat een christen een ongelijk span gaat vormen met een ongelovige. Ten tweede zegt God niet 'Gaat heen, wordt verliefd en maakt al dezen tot mijn discipelen', neen, God zegt "Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen onderhouden al wat Ik u bevolen heb" Matteus 28:19. We worden opgeroepen om verloren zielen het evangelie te verkondigen en om hen op deze wijze tot Christus te brengen. We worden niet opgeroepen om eerst verliefd op hen te worden om hen zo tot Christus te brengen. Want als je eerst verliefd wordt op iemand en hem/haar daarna wil bekeren, wat zal dan je prioriteit zijn? Je vriend(in) het hof maken en bekoren ... of God? Zij die verliefd worden op ongelovigen weten blijkbaar niet dat "de vriendschap met de wereld vijandschap tegen God is. Wie dus een vriend der wereld wil zijn, wordt metterdaad een vijand van God", want "de geest, die Hij in ons deed wonen, begeert Hij met jaloersheid" Jakobus 4:4-5. Het feit dat er voor een ongelovige wordt gekozen laat zien dat de harten reeds van God zijn afgeweken. Het spreekwoord zegt niet voor niets 'liefde maakt blind'. Velen hebben zich al laten verblinden door verliefdheid en zijn een ongeoorloofd huwelijk aangegaan met een ongelovige. Zo was er een man verliefd geworden op Jakobs dochter Dina (Genesis 34:1-19). De vader van de verliefde man wilde een grote bruidsprijs voor haar betalen, maar Dina's broers antwoordden "wij kunnen dit niet doen, onze zuster aan een man geven, die onbesneden is, want dat zou voor ons een schande zijn" Genesis 34:14. Hoewel de broers hun antwoord gaven om bedrieglijke redenen zodat ze zich konden wreken, is was ze zeggen waar (zie Genesis 24:1-4; 28:1-3) .Laat dit ook onze gedachten zijn!

Conclusie

"Misleidt uzelf niet; slechte omgang bederft goede zeden" 1 Korintiërs 15:33. Ben jij een christen, laat u dan niet misleiden. Ga vissen in de vijver waar je mag vissen. Denk na welke vis je wil gaan vangen voordat je gaat vissen. Een goede partner is niet te vinden discotheken of bars, niet op parties of casinos, niet op het werk of op school. De plaats waar je moet gaan vissen is op de plaats waar heiligen samenkomen. Het aas wat je moet gebruiken zijn niet uitdagende kledij of werelds gedrag, noch rijkdom of status, want deze dingen zullen wel een partner aantrekken, maar de verkeerde. Zij die een ongelovige huwen halen zich op de eerste plaats veel ellende op hun nek, daarvan getuigen de vele voorbeelden van hen die God hierin reeds ongehoorzaam zijn geweest. Op de tweede plaats is het een zonde om je te verbinden aan een ongelovige. Een christen die Gods Koninkrijk en Zijn gerechtigheid eerst zoekt, zal een partner willen huwen die dezelfde waarden, dezelfde hoop en hetzelfde geloof heeft. Moge de Here je de wijsheid en het inzicht geven om Zijn Wil te volgen!

 
Vorige